A. Meerwaarde
Op de site stond vroeger een oud fabriekspand, bouwvallig en deels ingestort.
Het was geen fraai beeld en een duidelijke kankerplek voor de aanpalende woningen, waarvan hun tuinen uitgaven op de site.
De naam van de residentie legt de link naar het verleden. Het fabriekspand deed aanvankelijk dienst als klompenfabriek.
Het perceel had een groot niveauverschil tussen de voorliggende straat en de
achterperceelsgrens.
Het gebouw is redelijk uitgestrekt in de lengte, maar door het niveauverschil en de laag overhangende dakconstructie achteraan komt het gebouw zeker niet dominerend over.
Daarenboven is het grote dak voorzien van een uitgestrekt groendak, zodat de aanpalende
buren enkel het groendak zien.
B. Integratie
Het gebouw bevat 16 assistentieflats. Het concept van het gebouw bootst een dorpsstraat na. Alle flats geven met hun voordeur uit op de straat. De straat is aan de andere zijde begrensd door de grote glasgevel en de cirkelvormige zuil, die dienst doet als ontmoetingsplaats (dorpspleintje).
De bewoners kunnen met hun stoel of bank voor de deur zitten en de passage in de straat aanschouwen. Het sociaal weefsel in dit gebouw wordt sterk gevoed door dit concept. Men vertoeft het grootste deel van de dag in de straat.
Het groendak (dat voor de evaporatieve koeling van het gebouw zorgt) is aangelegd omdat de infiltratie van het regenwater onmogelijk was op het terrein (gebrek aan oppervlakte + sterke kleihoudende ondergrond).
Het water van het groendak wordt verzameld in grote regentanks en wordt dagelijks terug op het dak gepompt. Daarbij creëren we een extra koeling voor het gebouw.
C. Optimalisatie
Het bouwperceel werd optimaal ingevuld, zonder een te groot en te dominant volume in de omgeving te creëren. Mede door het niveauverschil op het terrein, gaat het laag doorhangende dak naadloos over in het groen van de tuin. De hoger liggende tuinen van de achter aanpalende buren sluiten visueel aan op het groendak.